.

PREEK VAN DE WEEK 21e ZONDAG JAAR C 2013 Nootdorp Pijnacker en Berkel

 

LEZINGEN:                            EERSTE LEZING:  Jesaja 66, 18-21      EVANGELIE: Lucas 13,22-30

THEMA: op weg helpen

 

PREEK

 

Broeders en zusters,

 

Een kenmerk van onze tijd is de mobiliteit. De meesten van ons gaan op vakantie in het buitenland, zoals ik naar Italie geweest ben. Binnen 1 of 2 dagen brengt de auto of het vliegtuig ons naar onze vakantiebestemming. Boodschappen doen? Even de auto. Onze kinderen naar de voetbal? Even met de auto brengen. We vinden het allemaal heel vanzelfsprekend dat vervoer beschikbaar is. Alleen de files zijn een probleem.

 

Ik had me dat in mijn jeugd nooit kunnen voorstellen. Zomaar met het vliegtuig op vakantie. Vliegtuigen waren er alleen voor diplomaten, emigranten, zakenlieden, beroemdheden en hele rijke mensen. En missionarissen. Want een zuster-tante van mij kwam eens in de 8 jaar uit Nieuw Guinea naar Nederland.

 

In het evangelie hoorden we dat Jezus zelf rondtrok door steden en dorpen om er onderricht te geven. Hij deed dat te voet. Israel is klein en in die tijd had men nog alle tijd. Onderweg onderrichtte Hij zijn leerlingen. Maar later zou Hij zijn leerlingen uitzenden over de hele wereld. De apostelen moesten al gebruik gaan maken van vervoersmiddelen van die tijd zoals paarden en wagens, karossen,  muildieren en dromedarissen.

Daarmee ging de profetie van Jesaja in vervulling. God zei bij monde van Jesaja al dat Hij eens alle volken bijeen zou brengen. In de eerste lezing wordt wel 5 keer gesproken over alle volkeren, zelfs op de ververwijderde kusten. Alle volkeren moeten Gods glorie aanschouwen.

 

In de loop der eeuwen is deze wens van God steeds meer gerealiseerd. Vele missionarissen zijn er op uitgetrokken om het evangelie overal ter wereld te verkondigen. Ook zij moeten reizen. Veel grotere afstanden dan wij. En over veel slechtere wegen.

 

In mijn vakantie in Italië las ik het levensverhaal van de Nijmeegse pater Hamer die eind 19e eeuw naar China ging. Hij kreeg een missiegebied zo groot als Nederland. Vanuit de hoofdpost van de missie was het 18 dagen reizen naar zijn missiepost. Dat reizen ging in houten karren zonder vering, getrokken door paarden over hobbelige paden en steile bergwegen zodat je na uren bont en blauw was. Of het ging te voet. Zijn naaste collega woonde op 8 dagen voetreis van hem vandaan. Onderweg liep je grote kans overvallen te worden door rovers. Toch hebben de missionarissen het gedaan om het evangelie te verkondigen en de volkeren bij God te brengen.

 

Daarom is vandaag weer de jaarlijkse Missie- Verkeersmiddelen- Actie voor alle missionarissen die er nog zijn, maar ook voor vele, vele inlandse krachten die er inmiddels gekomen zijn van de volkeren die het woord van God hebben aangenomen. De Heer heeft door Jesaja gezegd: “Uit alle volkeren zal ik mijn priesters en levieten kiezen.”. Tegenwoordig noemen we ze geen levieten meer, maar katechisten.

En in plaats van paarden en wagens en karossen, muildieren en dromedarissen hebben zij nu auto’s, motorboten, vliegtuigjes en motorfietsen. Maar ze hebben niet het geld daarvoor. Daarvoor wordt vandaag uw bijdrage gevraagd.

 

Ik lees u nu nog een gedachte voor van de Miva zelf:

De mensen die de Miva wil helpen zijn overal in de wereld doende om de droom van Jesaja werkelijkheid te doen worden: Een wereld waarin mensen niet tegen elkaar maar met elkaar optrekken, als kinderen van dezelfde Vader…

In de eerste lezing hoorden wij de profeet zeggen: ‘Dan zal ik -Jahweh- mensen van Israel uitzenden naar verre kusten waar mijn naam nog niet bekend is…en uit allerlei volken zullen zij mensen als broeders bijeenbrengen..’

Maar die ene wereld laat helaas maar al te lang op zich wachten omdat er nog altijd te veel mensen zijn, volken, religies, die denken dat zij beter zijn dan die anderen. En religieuze eigendunk heeft nog nooit veel goeds gebracht. Onder de volgelingen van Jezus zijn ze al te vinden. En ze zijn er nog steeds: gelovige mensen die denken dat zij dichter bij God staan dan de anderen en dat straks voor hen alle deuren opengaan.

Maar voor die zelfgenoegzaamheid waarschuwt Jezus. Hij heeft een hekel aan die onbescheidenheid, aan gelovigen die denken dat zij de enige echten zijn… Straks roepen ze: ‘Doe open Heer” vertelt Jezus, en als de deur dicht blijft: ‘We hebben met u nog gegeten en gedronken, u was bij ons in de straat om onderricht te geven…’ Maar dat ‘ons-kent-ons’ gaat straks niet op. Het antwoord zal zijn: ‘Ik weet niet waar jullie vandaan komen, ik ken jullie niet!’ En de deur zal dicht blijven. Wie dus menen kind aan huis te zijn bij Jezus, de Zoon, komen daarom nog niet het huis van de Vader binnen. Mensen die hun eigen geloof hoog, te hoog aanslaan krijgen te horen: ‘Nauw is de poort!’

Ze gaat, leert ons het evangelie vandaag, pas open als je aan mensen, ongeacht hun geloof of ongeloof, gerechtigheid hebt gebracht. Of anders gezegd: Wie de deur van zijn hart openhield voor anderen mag hopen dat de deur naar Gods koninkrijk straks voor hem/haar opengaat. Maar wie ze dichthield voor mensen in nood komt straks denkelijk ook aan de gesloten deur. En al kun je vertellen over je vele bidden of je kennis van de leer, …het antwoord zal zijn: ‘Ik ken u niet’. En die te gemakkelijk dachten en denken wij zijn Gods eigen volk en eigen volk eerst, krijgen van Jezus te horen: “Terwijl ge zelf buiten moet blijven zult ge ze zien komen: mensen uit oost en west, uit noord en zuid, allerlei volken en talen, kleuren en culturen en ze zullen aanzitten in het koninkrijk Gods…En dan zijn er laatsten die de eersten en eersten die dan laatsten zullen zijn!”.

 

Vrome joden, brave leerlingen van Jezus, gelovige kerkmensen, moeten niet denken dat ze meer rechten hebben. We hebben wel meer plichten dan anderen. De plicht om wat we met ons hart geloven met onze handen te vertalen in goed doen en recht doen aan wie in nood zitten. Je wordt gered, leren ons de Schriftlezingen van deze dag, als je mensen hebt gered, of hebt helpen redden, zoals vandaag bijvoorbeeld door een financieel offer aan de Miva…

 

Ga eens na wat uw auto jaarlijks kost aan afschrijving, belasting, verzekering, reparatie en brandstof. Ga eens na wat u uitgegeven heeft aan vervoer naar en van en op uw vakantiebestemming. Ga eens na wat we extra uitgeven aan allerlei luxe in onze auto. En relateer daaraan uw gift voor de Miva. Zoveel geld heeft u natuurlijk niet bij u, maar u kunt de folder meenemen om te telebankieren of te gireren op giro 2950 tnv Miva Breda.